Maak een ode
English
Persoon op bankje met een poncho over het hoofd

Uitgelicht

(T)huisloos in de stad

Verhalen van de straat

14 feb - 1 jun 2025
Amsterdam Museum aan de Amstel

Ode aan Anneke van der Feer | Verbeeldingskracht

Door Gusta Reichwein22 juli 2024
Anneke van der Feer, Zelfportret, 1938, olieverf op doek, Stedelijk Museum Amsterdam

Zelfportret, 1938, Collectie Stedelijk Museum Amsterdam

Ze kijkt me aan, de ogen een beetje toegeknepen, sigaret in de mondhoek, kort haar, geen make up, in werkkleding. Zo heeft Anneke van der Feer zichzelf afgebeeld, met het palet in de aanslag.

Als ik in 2015 dat zelfportret in het depot van het Stedelijk Museum zie, raak ik meteen gefascineerd. Dit schilderij moet beslist een plek krijgen in de tentoonstelling Made in Amsterdam, 100 jaar in 100 kunstwerken (2016). En dat terwijl ik nauwelijks iets over deze kunstenaar weet, het is puur het beeld dat me overtuigt. Na summier onderzoek schrijf ik een korte tekst voor de expositie en het bijbehorende boek. Per abuis plaats ik het portret in de tijdlijn op 1930. Pas na grondiger onderzoek ontdek ik nieuwe feiten over haar leven, haar kunst en over de wisselende waardering die haar ten deel valt. Ze krijgt meer kleur en reliëf en wordt boeiender naarmate ik me in haar verdiep. En ik ben niet de enige die dat doet. 

In 2023 verschijnt een monografie over haar van André Stufkens, met het zelfportret op het omslag. De algemeen toegenomen aandacht voor vrouwelijke kunstenaars brengt ook het Stedelijk Museum ertoe met andere ogen te kijken naar het zelfportret, dat in 1945 door Willem Sandberg is verworven en sindsdien vooral in het depot heeft gehangen. Nu maakt het deel uit van de vaste opstelling, het is schoongemaakt en de datering van het portret blijkt 1938 te zijn. 

Anneke van der Feer, Bankwerker in de fabriek Sikkel en Hamer in Moskou, 1933

Bankwerker in de fabriek Sikkel en Hamer in Moskou, Anneke van der Feer, 1933, collectie Museum Helmond

Anneke van der Feer is wat je noemt een activist. Ze is lid van allerlei linkse verenigingen, in de oorlog maakt ze deel uit van het kunstenaarsverzet en in 1945 wordt ze bestuurslid van de BBK, de kunstenaarsvakbond. Datzelfde activisme brengt ze tot uitdrukking in haar werk, ze mobiliseert haar verbeeldingskracht. Of het nou portretten zijn van buren, vrienden, kinderen, of van fabrieksarbeiders in Moskou, turfstekers in Drenthe, bierbrouwers in Amsterdam: ze geeft uiting aan haar maatschappelijke betrokkenheid in de beelden die ze creëert. Opvallend is dat ze haar opvattingen verder niet zo wereldkundig maakt, althans ze zijn niet terug te vinden in egodocumenten met uitzondering van haar brieven aan Joris Ivens. 

Rond 1925 leren ze elkaar kennen. Zij is 23, woont net in Amsterdam aan de Warmoesstraat, neemt les bij kunstschilder Harmen Meurs en exposeert al snel  bij De Onafhankelijken. Ze neemt actief deel aan het kunstenaarsleven en sluit zich aan bij de communistische beweging, net zoals Joris Ivens, haar geliefde, geestverwant en kameraad. Hij is dan 27, woont aan het Damrak, is bedrijfsleider van de fotografiezaak C.A.P. Ivens & Co in de Kalverstraat en staat aan het begin van zijn carrière als filmmaker. 

Anneke van der Feer, Bierbrouwers in de Heineken fabriek in Amsterdam, 1941

Bierbrouwers in de Heineken fabriek in Amsterdam, Anneke van der Feer, 1941, collectie Stadsarchief Amsterdam

Aangetrokken door de revolutionaire ontwikkelingen in Rusland reizen zij in de jaren dertig samen naar Moskou; Anneke woont en werkt er tot 1938, Ivens is dan al naar de Verenigde Staten vertrokken. Hun paden kruisen zich meermaals in de loop der jaren, ze helpen en steunen elkaar. Dit blijkt uit de brieven die Anneke tussen 1940 en 1955 aan hem stuurt en die bewaard zijn gebleven in het Joris Ivens Archief. Ze schrijft over haar werk, de exposities, over gemeenschappelijke vrienden. Politieke kwesties komen echter nauwelijks ter sprake. Dat wordt begrijpelijk als ik het BVD-dossier van Van der Feer in het Nationaal Archief onder ogen krijg. Het is beklemmend om te zien hoe nauwlettend haar gangen zijn gevolgd en hoezeer haar betrekkingen met Ivens en andere mannen bepalend zijn geweest in het speurwerk van de informanten. 

Anneke van der Feer, Portret van het kind van de kolenboer, 1927

Portret van het kind van de kolenboer, Anneke van der Feer, 1927, particuliere collectie

Tijdens haar leven kopen particulieren en musea haar werk, ze exposeert regelmatig en de recensies zijn doorgaans positief. Desondanks moet ze sappelen om in haar levensonderhoud te voorzien en zijn de inkomsten heel wisselend. Zo schildert ze in 1927 het portret van een kind van de kolenboer, als tegenprestatie voor de brandstof die hij bij haar bezorgt. Twee jaar later koopt het Stedelijk Museum voor het aanzienlijke bedrag van 350 gulden het Gezicht op het Centraal Station dat ze heeft geschilderd vanuit haar atelier aan de Warmoesstraat. In de crisisjaren en tijdens de oorlog is er schaarste aan alles, schildersmaterialen zijn er nauwelijks en in een brief aan Ivens vraagt ze of hij haar kousen kan sturen uit Amerika. 

Anneke van der Feer, Gezicht op het Centraal Station, 1926

Gezicht op het Centraal Station, Anneke van der Feer, 1926, collectie Stedelijk Museum Amsterdam

Kort na de bevrijding staat ze als bestuurslid van de BBK aan de wieg van de Contraprestatie, een regeling waar ze tot haar overlijden in 1956 gebruik van maakt. Schilderijen en tekeningen, die zij als tegenprestatie voor de financiële steun inlevert, hangen tot op de dag van vandaag in overheidsgebouwen. Sommige stukken uit museale collectie zijn op onverklaarbare wijze verdwenen. Na haar dood zijn haar werken nauwelijks meer in exposities te zien, Anneke van der Feer raakt in de vergetelheid.

Anneke van der Feer schildert het portret van David Cornelis, 1940

Emmy Andriesse, Anneke van der Feer schildert het portret van David Cornelis, 1940, collectie Leiden Universiteitsbibliotheek

Nu - honderd jaar na de start van haar loopbaan – herleeft de belangstelling en wordt er op een andere manier naar haar werk gekeken. Niet louter de kunsthistorische betekenis telt, of de stilistische vergelijking met het werk van  - meestal mannelijke – tijdgenoten. Nu is er meer aandacht voor het historische en documentaire karakter van haar oeuvre. Dat de gegevens over haar grotendeels voortkomen uit de bronnen rond Joris Ivens, is een teken van de tijd en een speling van het lot. Gelukkig worden haar schilderijen, tekeningen en grafisch werk nu weer tentoongesteld en hopelijk zullen ook de vermiste stukken na verder onderzoek tevoorschijn komen. Zo krijgt de kunstenaar en activist Anneke van der Feer de aandacht die ze verdient. 

Poster Women's Meeting, Anneke van der Feer, Amsterdam May 2, 1946

Affiche Vrouwenbijeenkomst, Anneke van der Feer, Amsterdam 2 mei 1946, IISG

Periode

1902– 1956

Over

Ode van Gusta Reichwein aan Anneke van der Feer.

Of het nou portretten zijn van buren, vrienden, kinderen, of van fabrieksarbeiders in Moskou, turfstekers in Drenthe, bierbrouwers in Amsterdam: Anneke van der Feer geeft uiting aan haar maatschappelijke betrokkenheid in de beelden die ze creëert.

Anneke van der Feer, Zelfportret, 1938, olieverf op doek, Stedelijk Museum Amsterdam

Anneke van der Feer

Of het nou portretten zijn van buren, vrienden, kinderen, of van fabrieksarbeiders in Moskou, turfstekers in Drenthe, bierbrouwers in Amsterdam: Anneke van der Feer geeft uiting aan haar maatschappelijke betrokkenheid in de beelden die ze creëert.

Tags

Maak een ode
  • Zien & Doen
  • Verhalen & Collectie
  • Tickets & Bezoek
  • Tentoonstellingen
  • Rondleidingen
  • Families
  • Onderwijs
  • Nieuws
  • Nieuwsbrief
  • Publicaties
  • AMJournal
  • Vrouwen van Amsterdam

Hoofdpartners

gemeente amsterdam logo
vriendenloterij logo

Hoofdpartner Educatie

elja foundation logo
  • © Amsterdam Museum 2025