Ode aan Neeltje Van LeeuwenLieve Oma Nel, ik ben trots dat ik jouw kleindochter ben

Foto Oma Nel (van links naar rechts: tweelingzus Sien, moeder Grietje, Neeltje), circa 1935-1940, foto uit privéarchief
Je werd geboren op 27 februari 1901 en was één van een tweeling. Tweelingzus Sien werd als eerste geboren en jij kwam daar als verrassing achteraan. Jij woog een pond, net zoveel als een pak suiker vertelde jij altijd lachend, en je paste in een sigarenkist.
Voor mij was je Oma Nel en in mijn herinnering was alles zacht aan jou. Jouw stem, jouw haren, jouw huid, jouw blik en jouw karakter. Jaloers was je nooit, je gunde iedereen alles. Je hield niet van roddel en achterklap. Een zeer bescheiden vrouw was je. Ik logeerde graag bij je, in het grote huis met de lage ramen, Weesperzijde 108. Vanuit de woonkamer keek ik naar de Amstel en zag de boten voorbijkomen. En als ik moe was, kroop ik tegen je aan en stak mijn duim in mijn mond. Het voelde zo veilig. ’s Avonds mocht ik in de zinken tobbe in de grote keuken met opstapje. En als we terugkwamen van vakantie, dan had jij de groentesoep met balletjes al klaar staan.
“In mijn herinnering was alles zacht aan jou. Jouw stem, jouw haren, jouw huid, jouw blik en jouw karakter”
Je was jong weduwe geworden en bleef alleen achter met 2 kinderen. Jouw eerste man was helaas manisch depressief, jij hebt hem gevonden. Een aantal jaar later leerde je Opa Bouwe kennen en raakte je zwanger van mama.
Mama vertelde mij de verhalen over de oorlog, jij sprak hier nooit over. Samen met opa zat je in het verzet. In jullie huis aan de Weesperzijde boden jullie een aantal jaren onderdak aan Joodse onderduikers. Voor de meeste onderduikers waren jullie een doorgangshuis, zij bleven er totdat er een andere plek gevonden was. Jij zorgde ervoor dat iedereen te eten kreeg en veilig was, dit kostte veel inspanning. Het waren hele spannende jaren met altijd de angst om verraden te worden. De angst om de Joodse onderduikers, maar ook om jouw eigen gezin. De angst om het kleine Joodse jongetje Herman Rosenbaum en om het echtpaar David en Clara Groen, met wie je altijd bevriend bent gebleven.
De bevrijding was voor jou heel dubbel. De blijdschap was vermengd met het besef dat de onderduikers veel van hun familieleden nooit meer zouden terugzien. De jaren van stress, angst en verdriet hadden op opa een grote impact. Hij verdween steeds meer in zijn schulp en sprak weinig. Hij kwam de deur niet meer uit. Jij was er altijd voor hem, met zoveel liefde en respect heb je hem tot aan zijn dood verzorgd.
De bewondering voor jou is met de jaren gegroeid. Ik besef mij dat je een hele dappere vrouw was. De zoon van het echtpaar Groen schreef 60 jaar na de oorlog; “Jullie gezin heeft fantastisch werk gedaan in de oorlog, volstrekt onbaatzuchtig.”
Zo klein als jij was bij de geboorte, zo sterk werd je als vrouw.
Lieve, lieve Oma Nel, ik ben trots dat ik jouw kleindochter ben.
Over
Ode aan Neeltje van Leeuwen door Liesbeth van Dijk, haar kleinkind
Met gevaar voor eigen gezin, heeft mijn Oma Nel meerdere Joodse onderduikers in haar Amsterdamse woning een veilige plek geboden. Zij was sterk, dapper, zeer bescheiden, maar vooral heel zacht en lief.

Neeltje Van Leeuwen
Neeltje werd geboren op 27 februari 1901. Samen met haar man zat ze in het verzet tijdens de tweede wereldoorlog. Zij was de oma van haar odeschrijver.
Tags